Infinitiefvoler
Tegenwoordig deelwoordvolant
Voltooid deelwoordvolé

Aantonende wijs

Tegenwoordige tijd

jevole
tuvoles
il, elle, onvole
nousvolons
vousvolez
ils, ellesvolent

Onvoltooid verleden tijd

jevolais
tuvolais
il, elle, onvolait
nousvolions
vousvoliez
ils, ellesvolaient

Verleden tijd

jevolai
tuvolas
il, elle, onvola
nousvolâmes
vousvolâtes
ils, ellesvolèrent

Toekomende tijd

jevolerai
tuvoleras
il, elle, onvolera
nousvolerons
vousvolerez
ils, ellesvoleront

Aanvoegende wijs

Tegenwoordige tijd

que jevole
que tuvoles
qu'il, qu'elle, qu'onvole
que nousvolions
que vousvoliez
qu'ils, qu'ellesvolent

Onvoltooid verleden tijd

que jevolasse
que tuvolasses
qu'il, qu'elle, qu'onvolât
que nousvolassions
que vousvolassiez
qu'ils, qu'ellesvolassent

Voorwaardelijke wijs

jevolerais
tuvolerais
il, elle, onvolerait
nousvolerions
vousvoleriez
ils, ellesvoleraient

Gebiedende wijs

(tu)vole
(nous)volons
(vous)volez

Vertalingen

Catalaans
robar; volar
Duits
fliegen
Engels
to fly; to rob; to steal
Spaans
robar; volar
Italiaans
rubare; volare
Nederlands
vliegen
Portugees
roubar; voar